” When people take vitamins, the vitamins don’t specifically do it. They enable the body to do it, they enable the body to heal itself. This is a totally different way of looking at it.” – Dr. Andrew Saul
Vitamine B12, ofwel cobalamine, is een veelbesproken vitamine bij zowel mensen als dieren. En terecht want een tekort komt regelmatig voor en kan nare gevolgen hebben. In dit artikel leg ik je uit waarom B12 belangrijk is, hoe een tekort kan ontstaan, hoe je kan controleren of jouw hond een tekort heeft en als er dan een tekort is hoe je dat kan oplossen.
Moet vitamine B12 in de voeding zitten?
Cobalamine is een wateroplosbaar vitamine. Het zit met name in dierlijke voedingsmiddelen zoals lever, vlees, vis, eieren en melkproducten.
Herbivoren (planteneters zoals koeien en schapen) kunnen dit vitamine aanmaken in de darmen met name via hun microbioom. Omnivoren en carnivoren (zoals honden en katten) kunnen dit niet tot nauwelijks en moeten daarom voldoende B12 binnenkrijgen via de voeding. De hoeveelheid B12 die wordt toegevoegd kan erg verschillen tussen verschillende voedingen. In Nederland moeten fabrikanten zich houden aan de regels van de FEDIAF en die geeft aan dat er minimaal 0,01 mg/1000 kcal cobalamine in een voeding voor honden moet zitten.
Hoe wordt Cobalamine opgenomen?
In theorie zou het heel simpel zijn. Je zorgt dat er genoeg B12 in de voeding zit en dan kan er geen tekort ontstaan. Helaas is het wat ingewikkelder dan dat. Voor degenen die dat interessant vinden leg ik hieronder uit hoe het werkt.
Een hond of kat krijgt cobalamine dus binnen met de voeding. Daarna treden er een aantal stappen op voordat het vitamine daadwerkelijk aankomt waar het nodig is in het lichaam:
- In de maag zorgen maagzuur en het enzym pepsinogeen ervoor dat cobalamine wordt afgesplitst van het eiwit waar het in de voeding aan vast zit. Dit vrije cobalamine wordt vervolgens gebonden aan een stofje dat haptocorrin heet. Dit stofje dienst als een bescherming voor de cobalamine.
- In de dunne darm zorgen alvleesklier enzymen ervoor dat cobalamine loskomt van dit haptocorrin waarna het wordt gebonden aan een ander stofje dat intrinsieke factor (IF) heet. Dit IF wordt bij honden met name aangemaakt in de alvleesklier.
- Verderop in een ander deel van de dunne darm wordt dit complex van cobalamine en IF opgenomen via receptoren in de darmwand.
- In de darmcellen wordt cobalamine gescheiden van IF en wordt het wederom gebonden aan een ander stofje, ditmaal een transporteiwit dat transcobalamin heet. Gebonden aan dit transporteiwit kan cobalamine in het bloed worden vervoerd naar waar het nodig is.
Waarom is Cobalamine belangrijk?
Cobalamine heeft belangrijke functies in het lichaam. Het werkt nauw samen met een ander vitamine, namelijk foliumzuur. Een aantal belangrijke functies zijn:
1. Helpt bij de aanmaak van rode bloedcellen.
Vitamine B12 is nodig om rode bloedcellen te maken. Een tekort aan B12 kan zo leiden tot een bloedarmoede.
2. Het is belangrijk voor de hersenen en het zenuwstelsel.
B12 is belangrijk voor een gezond zenuwstelsel en helpt bij het onderhoud van zenuwcellen. Het speelt ook een rol bij de vorming van de beschermende laag rond zenuwen, genaamd de myelineschede. Dit helpt bij het efficiënt doorgeven van signalen in je hersenen.
3. Het speelt een heel erg belangrijke rol bij de aanmaak van energie in de cellen.
Hoewel B12 zelf geen energie geeft, is het belangrijk voor de manier waarop je lichaam energie maakt. B12 helpt bij het omzetten van de voeding die je eet in energie die je cellen kunnen gebruiken.
4. Het helpt bij de aanmaak van DNA.
DNA is het materiaal in onze cellen dat onze genetische informatie bevat. Vitamine B12 speelt een rol bij de aanmaak van DNA, wat essentieel is voor het maken van nieuwe cellen.
Symptomen bij een tekort
De volgende klachten kunnen optreden bij honden met een tekort aan Cobalamine:
- Sloomheid
- Verminderde eetlust
- Overgeven
- Diarree
- Zenuwverschijnselen
Oorzaken van een tekort aan Cobalamine
- Aandoeningen van de alvleesklier
- Chronische darmaandoeningen van de dunne darm
- Erfelijke aandoeningen. Bij een aantal rassen zijn er genetische oorzaken voor een vit. B12 tekort gevonden waaronder: Schnauzers, Border Collies, Chinese Shar-Peis, Beagles en Australische herders.
Hoe kom je erachter of jouw dier een tekort heeft?
De meest gangbare methode op het moment is om het gehalte Cobalamine in het bloed te meten. Deze test is bij de meeste laboratoria beschikbaar.
Het nadeel is dat cobalamine zijn functies uitoefenent in de cellen en niet in het bloed. Met het meten van de waarde in het bloed krijgen we geen realistisch beeld van de status van cobalamine in de cellen. Er zijn andere waarden die een beter beeld geven van de hoeveelheid cobalamine in de cellen (zoals HCY en MMA) maar die testen zijn momenteel nog niet algemeen beschikbaar voor honden en katten.
Behandeling van een tekort
Bij een te laag gehalte aan Cobalamine in het bloed wordt er geadviseerd om te supplementen met Cobalamine. Bij honden met een chronische dunne darm probleem kan het ook nuttig zijn om te supplementeren als de Cobalamine laag normaal is.
Het is mogelijk om te supplementen met injecties die in eerste instantie wekelijks worden gegeven gedurende zes weken en dan een maand later nog een keer. Een andere optie is met een dagelijkse orale dosering van vit. B12 gedurende 12 weken. In beide gevallen wordt er na de behandelperiode door middel van bloedonderzoek gecontroleerd of de waarde weer normaal is.
Was dit nuttig? Heb je nog vragen? Neem gerust contact met mij op, ik help je graag!